Uitdagende doelen voor (potentieel) sterke rekenaars

Uitdagende doelen voor (potentieel) sterke rekenaars

Een goed begin is het halve werk, toch? De start van de reken-wiskundeles is een belangrijk moment om leerlingen te prikkelen en de focus voor de les aan te brengen. Voor veel (potentieel) sterke rekenaars blijkt de start van de reken-wiskundeles vaak onvoldoende uitdagend, waardoor zij niet geprikkeld en gemotiveerd worden om aan de slag te gaan. Hoe zorg je voor een goede start van je reken-wiskundeles, waarin óók de (potentieel) sterke rekenaars zich aangesproken en uitgedaagd voelen?

Werken met lesdoelen

Algemeen geldt dat een effectieve reken-wiskundeles start met het activeren van voorkennis en het bespreken van de lesdoelen met de leerlingen. Je blikt met de leerlingen terug op eerder geleerde rekenvaardigheden die aansluiten bij de nieuwe lesstof. Het ophalen van gerelateerde begrippen en rekenstrategieën, zorgt ervoor dat de leerlingen de nieuwe lesstof beter kunnen verwerken en onthouden. Lesdoelen geven de reken-wiskundeles vervolgens richting: ze helpen leerlingen hun aandacht te richten, motiveren hen en maken het gemakkelijker om te reflecteren op het leerproces.

Daag sterke rekenaars uit

De Amerikaanse psychologen Edwin Locke en Gary Latham hebben meer dan 40 jaar onderzoek gedaan naar het stellen van effectieve doelen. Zij concludeerden dat specifieke en uitdagende doelen voor meer motivatie en betere prestaties zorgen dan algemene of gemakkelijk haalbare doelen.  

De rekenles in groep 6 gaat van start. Lotte kijkt naar het lesdoel:

“Aan het einde van de les kan ik een plattegrond aflezen.”

Ze zucht zachtjes en denkt: “Dit kan ik al, dit is veel te makkelijk.”

 Terwijl de rest van de klas oefent met het aflezen van de plattegrond, kijkt Lotte verveeld om zich heen.

Om de motivatie en prestaties van de (potentieel) sterke rekenaars in je klas te verhogen, is het dus van belang om ambitieuze reken-wiskundedoelen te stellen die hen echt aan het denken zetten. Dit doe je door lesdoelen te formuleren die binnen hun zone van naaste ontwikkeling liggen. De zone van naaste ontwikkeling verwijst naar het niveau dat net buiten het bereik ligt van wat een leerling zelfstandig kan, maar wat wel haalbaar is met een beetje hulp en begeleiding. 

De Lesdoelplusser

Voor de (potentieel) sterke rekenaars kun je, aansluitend op het reguliere lesdoel, een extra uitdagend lesdoel aanbieden waarmee je hen uitdaagt dieper na te denken en hun rekenvaardigheden naar een hoger niveau te brengen.

Suzanne Sjoers en Maud van Keulen hebben hiervoor de Lesdoelplusser ontwikkeld: een tool die je kan helpen om het reguliere lesdoel voor de (potentieel) sterke rekenaars te verbreden en/of te verdiepen. De Lesdoelplusser biedt zes manieren om een extra uitdaging aan het lesdoel toe te voegen.

  1. Complexer
    Voeg een hindernis toe aan het lesdoel. Bijvoorbeeld door het toevoegen van meer voorwaarden of juist het weglaten van bepaalde informatie.
  2. Vergelijken
    Laat leerlingen overeenkomsten en verschillen benoemen.
  3. Verplaatsen
    Verplaats het lesdoel naar een andere tijd, plaats of situatie.
  4. Generaliseren
    Laat leerlingen beredeneren of iets geldt voor alle situaties.
  5. Abstracter
    Dwing de leerlingen abstracter te denken. Bijvoorbeeld door de context op hulpmiddelen weg te laten.
  6. Open
    Laat leerlingen het zelf ontdekken door onderzoek te doen.

Wat als we het lesdoel “Aan het einde van de les kan ik een plattegrond aflezen” eens verplaatsen?

Pluslesdoel: “Aan het einde van de les kan ik de plattegrond van de school aflezen en een route plannen van het ene klaslokaal naar het andere.”

In plaats van een standaard plattegrond oefent Lotte met het aflezen van de plattegrond van haar eigen schoolgebouw. Dit maakt het lesdoel uitdagender voor haar,

omdat ze nu zelf moet nadenken over specifieke ruimtes en de bijbehorende routes.

Wanneer kies je welke manier?

Welke van de zes manieren je kiest om een pluslesdoel te formuleren, hangt af van het onderwerp van je reken-wiskundeles. Zo kun je een lesdoel bij meetkunde gemakkelijk verplaatsen door leerlingen met situaties uit hun dagelijkse leefwereld te laten werken. Wanneer je met bewerkingen bezig bent, ligt het voor de hand om het lesdoel complexer te maken door bijvoorbeeld met grotere getallen te werken. Bij verhoudingen kan generaliseren een mooie uitdaging zijn, bijvoorbeeld door te onderzoeken of verhoudingen altijd gelijk blijven ongeacht de context.

Combineren kan ook

Heb je de smaak te pakken? Het combineren van verschillende manieren om een lesdoel uitdagender te maken kan de reken-wiskundeles nog interessanter maken voor de (potentieel) sterke rekenaars. Je kunt bijvoorbeeld het lesdoel eerst verplaatsen naar een andere situatie (zoals het aflezen van een plattegrond van de eigen school in plaats van een standaardvoorbeeld), en het vervolgens complexer maken door een extra hindernis toe te voegen (zoals het aflezen van de plattegrond van de eigen school met afwijkende schalen).

Geef voldoende tijd en ruimte

Een goed begin van de reken-wiskundeles met uitdagende pluslesdoelen voor de (potentieel) sterke rekenaars, is het halve werk! Maar denk er wel aan dat wanneer je een pluslesdoel formuleert, het van belang is dat de leerlingen ook voldoende tijd en ruimte krijgen in de reken-wiskundeles om met dit uitdagende doel te oefenen.

Begeleiding sterke rekenaars

Benieuwd hoe jij samen met je team de (potentieel) sterke rekenaars op verschillende momenten in de reken-wiskundelessen meer kunt uitdagen en motiveren? Neem contact met mij op om de mogelijkheden te bespreken. Mijn gegevens staan onder dit blog.

Of volg mijn academietraining Sterke rekenaars begeleiden en motiveren bij de CPS Academie in Amersfoort. In deze training leer je je didactische keuzes beter af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de (potentieel) sterke rekenaars. 

Bronnen
Kirschner, P. A., Claessens, L. C. A., & Raaijmakers, S. F. (2018). Op de schouders van reuzen: Inspirerende inzichten uit de cognitieve psychologie voor leerkrachten. Ten Brink Uitgevers.
Locke, E. A., & Latham, G. P. (2002). Building a practically useful theory of goal setting and task motivation: A 35-year odyssey. American Psychologist, 57(9), 705–717.
Sjoers, S., & van Keulen, M. (2021). Pimp je lesdoel. Volgens Bartjens, 41(2).
Sjoers, S. & Baggelaar, N. (2025). Sterke rekenaars in het basisonderwijs. Amersfoort: CPS Uitgeverij.

Over de auteur

Marjolein van Straalen 2024.jpg

Marjolein van Straalen

Marjolein is adviseur en trainer bij CPS. Zij begeleidt leraren in het primair en voortgezet onderwijs bij vraagstukken over het leren van leerlingen en het realiseren van een veilig en ondersteunend leerklimaat. Zoals onder andere differentiëren, motiveren, formatief handelen en de 6 rollen van de leraar.

Bekijk profiel

Zoek in de website